Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
Vloeren prefab beton.
Voor de volgende onderwerpen ga naar:
balkenvloeren;
blokkenvloeren;
combinatievloeren;
elementvloeren;
breedplaatvloeren, etc (polyplaatvloer, BubbleDeck, Airdeck);
massieve plaatvloeren;
prefab (Kwaaitaal / Manta)vloeren met schade;
Balkenvloeren:
Balkenvloeren zijn opgebouwd uit geprefabriceere balken van mechanisch verdicht beton, die naast elkaar zijn gelegd en onderling zijn verbonden door middel van beton met fijn grind. Om constructieve reden kan een druklaag nodig zijn.Leidingen mogen meestal niet in het prefab gedeelte worden aangebracht, wel in het in het werk te storten beton deel.
Het infrezen van leidingen is niet toegestaan.
Het inhakken van centraaldozen is niet altijd mogelijk.
(bron NBD)
Bepaalde typen van aansluitingen laten het instorten van leidingen beter toe dan andere.
Blokkenvloeren:
Blokkenvloeren zijn opgebouwd uit blokken, die in rijen zijn geplaatst op een open bekisting en gezamelijk een gesloten onderzijde vormen. Aan de bovenzijde bieden zij ruimte voor wapening tussen de rijen. Afgewerkt met vulbeton ontstaat een monolitisch geheel.Afhankelijk van het gekozen product kan een druklaag nodig zijn.
(bron NBD)
Ten behoeve van het opnemen van leidingen of extra wapening in de vloer worden verlaagde blokken of bekistingplaatjes toegepast
Leidingen mogen niet in het prefabgedeelte worden aangebracht.
Combinatievloeren:
Combinatievloeren zijn opgebouwd uit een combinatie van geheel of gedeeltelijk geprefabriceerde liggers van beton, waartussen vulelementen van lichtbeton. keramisch materiaal of polystyreen zijn geplaatst. Het geheel is samengevoegd met beton met fijn grind. Afhankelijk van de situatie moet een druklaag worden aangebracht.Leidingen kunnen worden (werden) ingestort.
(bron NBD)
En ook hier geldt: De ontwikkeling staat niet stil.
De zware betonnen liggers zijn hier vervangen door ARBO vriendelijkere plaatstalen liggers.
De van oorsprong prefab beton vloer is hierdoor weer een betonvloer geworden, tenzij ook dat weer wordt weggelaten.
(Zie hiervoor de documentatie van de leverancier)
Elementvloeren:
Elementvloeren bestaan uit vrijdragende geprefabriceerde elementen, vervaardigd uit beton of keramische blokken.De elementen zijn naast elkaar geplaatst en onderling gebonden door middel van beton met fijn grind. Afhankelijk van het type kan een constructieve druklaag nodig zijn.
Afwerkingen aan de bovenzijde zijn niet in alle gevallen noodzakelijk.
Aan de onderzijde zijn de elementen meestal glad afgewerkt.
De elementen kunnen als vlakke plaat (hol of massief), met een of twee balken, als cassetteplaat (balken in twee richtingen) of als u-vormige elementen afgedekt met vlakke platen zijn uitgevoerd.
de Nilconvloer (type dooselement)
Leidingen, centraaldozen, etc. kunnen over het algemeen niet op het werk worden ingestort, maar moeten tevoren, evenals sparingen op de fabriek in de elementen worden aangebracht.
Een andere mogelijkheid is een variant op de kanaalplaatvloer, gebaseerd op het gootmodel. Bij dit vloertype worden in de overspanningsrichting sleuven in de vloer aangebracht op plaatsen waar leidingen moeten komen. In de andere richting worden sleuven aan de kopse kant van de plaat gemaakt.
Naast bovengenoemde leidingvloer van Dycore leveren diverse andere leveranciers variaties op dit principe.
Breedplaatvloeren:
De breedplaatvloer (bekistingsplaatvloer) is een vrijdragende systeemvloer. Deze is samengesteld uit relatief dunne geprefabriceerde vloerelementen die bekistingsplaten worden genoemd. De vloerplaten zijn gemaakt van beton en voorzien van tralieliggers of voorspanwapening. Hieraan ontlenen de elementen hun sterkte en stijfheid, die voor het transport, het hijsen en tijdens de bouw nodig zijn. Nadat de platen in het werk zijn geplaatst en wapening is aangebracht, wordt op de platen een constructief meewerkende betonlaag gestort. Op deze manier wordt een betonvloer verkregen, die vergelijkbaar is met een vrijdragende betonvloer die geheel in het werk is gestort.Er is een aantal leveranciers dat bijzondere breedplaten levert met een optimalisering ten behoeve van gewichtsbesparing.
bron: Stichting Research Rationalisatie Bouw (november 2007)
De polyplaatvloer
is een standaard breedplaatvloer, die fabrieksmatig is voorzien van stramienmatig aangebrachte en ingestorte polystyreenstroken.Hierdoor vermindert het gebruik van (vul)beton aanzienlijk, hetgeen een zeer grote materiaal- en gewichtsbesparing tot gevolg heeft.
BubbleDeck
Een bollenplaatvloerelement van BubbleDeck bestaat uit een fabrieksmatig samengestelde wapeningskorf voorzien van de nodige constructieve onder- en bovenwapening waartussen kunststof bollen zijn aangebracht. De bollenplaatvloer heeft 30 à 35% minder eigen gewicht dan een massieve betonvloer van gelijke dikte. Het geheel kan worden voorzien van een prefab betonnen onderschil.In het element zijn tralieliggers opgenomen. Enerzijds koppelen deze de onder- en bovenwapening, wat noodzakelijk is om de holle kunststof bollen te fixeren tijdens het transport en het afstorten van de vloer. Anderzijds verzorgen de tralieliggers de sterkte en stijfheid van het vloerelement bij hijsen en afstorten met beton tijdens de uitvoering op de bouwplaats.
Airdeck
De Dycore Airdeck vloer is een breedplaatvloer die is voorzien van betonsparende sparende elementen.Deze elementen worden middels een robot op de breedplaatelementen geplaatst waar dat constructief verantwoord is, zodat in het werk minder beton voor de constructieve druklaag benodigd is.
Massieve plaatvloeren:
Een volle dikte vloer (wordt hoofdzakelijk in de woningbouw gebruikt).Dit is een vloertype incl. benodigde wapening, electra-, cv-, riolerings leidingen, etc.
Met de massieve vloerelementen is het mogelijk een hoge geluidsisolatie te realiseren voor bijvoorbeeld woningscheidende vloeren.
Omdat de elementen zijn voorgespannen is een overspanning tot circa 12 meter mogelijk.
Prefab (Kwaaitaal / Manta)vloeren met schade:
(bron: www.balmbv.nl)In de jaren 60 en 70 zijn veel nieuwbouwwoningen voorzien van prefab vloeren. Deze vloeren werden bij de fabrikant gemaakt en kant-en-klaar (prefabricated) aangeleverd op de bouw.
In de periode tussen 1965 en 1981 zijn er prefab betonvloeren geproduceerd waaraan calciumchloride (versneller) werd toegevoegd om de betonmortel sneller te laten drogen. Op die manier kon er sneller worden geproduceerd om aan de enorme vraag te voldoen. Deze versnellers zijn met name gebruikt bij de zogenaamde Kwaaitaal- en Mantavloeren.
Na jaren werd ontdekt dat de stoffen die werden gebruikt om het beton sneller te laten uitharden, ook zorgen voor schade aan de wapening in het beton. De wapening gaat roesten en drukt stukken beton van de vloer af. Hierdoor verliest de vloer zijn sterkte. Dit type betonschade is niet te herstellen door de schadeplekken plaatselijk te repareren met betonmortel. Het calciumchloride blijft in het beton aanwezig en blijft zorgen voor betonschade.
Om de beschadigde vloerelementen te repareren zijn er aanvullende stalen draagconstructie ontwikkeld.
Zie hiervoor de documentatie van de hierboven bij bron genoemde betonrenovatie bedrijf.
Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
dd: 08-07-2013
extra informatie behorende bij: | Elementvloeren: |